Inleiding.

In het A-cluster van de gemeenschappelijke propedeuse van het instituut bedrijfskunde moet de student voor de module onderzoek een observatie opdracht doen. De student is vrij in het kiezen van een onderwerp. Nadat in de eerste periode voorbereidende werkzaamheden gedaan zijn, moet in de tweede periode geobserveerd worden, en de resultaten moeten geanalyseerd en gerapporteerd worden. Voor de analyse wordt gebruik gemaakt van het software pakket “IBM SPSS statistic” verder SPSS genoemd. In deze cursus leer je hoe je gegevens in moet voeren in SPSS en kunt analyseren met SPSS. Als voorbeeld van observatie wordt genomen het observeren van een presentatie, dit omdat presenteren in de volgende periode bij PCV (Professionele Communicatie Vaardigheden) aan bod komt en er geobserveerd en beoordeeld moet worden. De PCV docenten gebruiken hiervoor het volgende observatieformulier:

Naast de algemene vragen die boven het formulier staan, staan er de aspecten waarop de presentatie beoordeeld wordt. Er worden punten ( van 4 tot 8) gegeven voor de hoofdonderwerpen (structuur, hulpmiddelen, houding en stem en taalgebruik. Terwijl de sub aspecten zoals “inleiding”, “Onderdelen kern: Uitwerking en niveau”, “slot” enz. open antwoorden zijn. Wel zullen de opmerkingen die hier staan bijdragen aan het cijfer voor het hoofdaspect.
SPSS is bedoeld voor het verwerken van kwantitatieve gegevens. Volledig open vragen kan SPSS niet verwerken. Wel als gewerkt wordt met maar enkele antwoordmogelijkheden. Zo zou je het sub aspect “Inleiding” kunnen beoordelen op of de tijdsduur van de presentatie aangegeven wordt, de agenda en of er interesse gewekt wordt voor de rest van de presentatie. Je kunt dan aangeven of het aspect wel of niet benoemd wordt.

Daar het hier gaat om eenvoudige SPSS handelingen (In het B-cluster wordt verder ingegaan op SPSS) en eenvoudige observaties worden de sub aspecten niet meegenomen in de uitwerking van het observatieformulier in SPSS. De punten die ingebracht worden in SPSS zijn: Datum, groep, beoordeling, structuur, Hulpmiddelen, houding en “stem en taalgebruik”. De naam van de student is niet van belang voor analyses over meerdere presentaties, maar als extra (omdat dit bij veel observaties voorkomt) voegen we toe het geslacht en de opleiding van de student die presenteert.